Een CPU heeft geen "geïnstalleerde opties" zoals een computer software heeft geïnstalleerd. De kenmerken en mogelijkheden van een CPU worden bepaald door het *ontwerp- en fabricageproces*. Deze functies zijn ingebouwd en niet later toegevoegd.
Waar je misschien aan denkt zijn zaken als:
* Instructiesetarchitectuur (ISA): Dit definieert de basisset opdrachten die de CPU begrijpt (bijvoorbeeld x86, ARM, RISC-V). Dit is van fundamenteel belang voor de CPU en is geen "optie" die u installeert.
* Cachegroottes en -typen: De hoeveelheid en het type L1-, L2- en L3-cache worden tijdens de productie bepaald. Deze hebben invloed op de prestaties, maar zijn geen installeerbare opties.
* Aantal cores en threads: Het aantal cores en threads dat een CPU heeft, staat vast tijdens de fabricage.
* Kloksnelheid: De basiskloksnelheid wordt bepaald tijdens de productie, terwijl boostkloksnelheden vaak dynamisch worden aangepast op basis van belasting en thermische omstandigheden. Dit is echter een ingebouwde functie en geen installeerbare optie.
* Geïntegreerde grafische weergave: Sommige CPU's bevatten geïntegreerde grafische verwerkingseenheden (GPU's). Dit is een ingebouwd onderdeel en niet iets dat later is toegevoegd.
* Geavanceerde functies: Functies zoals AVX, AES-codering, virtualisatie-ondersteuning, enz. zijn ingebouwd in het ontwerp van de CPU. Ze worden softwarematig in- of uitgeschakeld (BIOS/UEFI-instellingen), maar het zijn geen opties die u kunt "installeren".
Kortom, de mogelijkheden van een CPU liggen vast op het moment van fabricage. Er zijn geen door de gebruiker te installeren opties op dezelfde manier waarop u software- of hardwarerandapparatuur installeert. |