Een koloniale drukker had uiteenlopende vaardigheden nodig, waarbij vakmanschap, zakelijk inzicht en intellectuele capaciteiten werden gecombineerd. Deze omvatten:
Technische vaardigheden:
* Typesetting: Het nauwkeurig rangschikken van afzonderlijke tekstgedeelten (letters, leestekens, enz.) om regels tekst te creëren, en deze regels vervolgens samenvoegen tot pagina's. Dit vereiste een vaste hand, geduld en een goed oog voor detail.
* Druk op Bediening: Het bedienen van de drukpers zelf, een fysiek veeleisende klus die kracht en vaardigheid vereist om de druk correct te inkten en de pers efficiënt te laten werken. Het begrijpen van het onderhoud van de pers was ook cruciaal.
* Inkt maken: Veel drukkers maakten hun eigen inkt, waarvoor kennis van de chemie en het vermogen om de benodigde ingrediënten te vinden en te mengen nodig waren.
* Papiermaken (soms): Terwijl sommige drukkers papier kochten, beschikten sommigen, vooral in meer afgelegen gebieden, over basisvaardigheden voor het maken van papier of hadden ze deze geleerd.
* Binnend: Het samenstellen van gedrukte vellen tot boeken of pamfletten, waarbij kennis van verschillende bindtechnieken vereist is.
* Houtsnijden of graveren (soms): Het maken van illustraties voor het drukken vereiste vaardigheid op deze gebieden, hoewel drukkers vaak vertrouwden op gespecialiseerde graveurs of houthakkers.
Zakelijke vaardigheden:
* Marketing en verkoop: Klanten vinden, prijzen onderhandelen en accounts beheren. Dit omvatte onder meer het adverteren voor hun diensten en misschien zelfs het exploiteren van een boekwinkel naast de drukkerij.
* Financiën en boekhouding: Financiën beheren, administratie bijhouden en misschien krediet verlenen aan klanten.
* Management (als u anderen in dienst heeft): Toezicht houden op leerlingen en gezellen als ze anderen in dienst hadden.
* Inkoop: Inkoop van benodigdheden zoals papier, inkt en letters.
Intellectuele vaardigheden:
* Geletterdheid en taal: Een goede beheersing van de gedrukte taal (talen) was essentieel, inclusief spelling, grammatica en interpunctie.
* Proeflezen: Zorgvuldig controleren op fouten in de gezette tekst voordat deze wordt afgedrukt.
* Ontwerp en lay-out: Tekst en illustraties op een esthetisch verantwoorde en functionele manier op een pagina rangschikken.
* Kennis van actuele gebeurtenissen/politiek (vaak): Koloniale drukkers publiceerden vaak kranten of pamfletten, dus bekendheid met actuele gebeurtenissen en politieke zaken was belangrijk.
Kortom, een koloniale drukker was een alleskunner, die handvaardigheid combineerde met zakelijk inzicht en intellectuele vaardigheden. Hun rol ging verder dan alleen het drukken; zij waren vaak sleutelfiguren bij het verspreiden van informatie en het vormgeven van de publieke opinie binnen hun gemeenschap. |