Een inkjetprinter is een -uitgang apparaat.
Dit is waarom:
* invoer: Invoerapparaten worden gebruikt om gegevens * in * een computer of systeem te voeren. Voorbeelden zijn toetsenborden, muizen, scanners, microfoons.
* Uitvoer: Uitvoerapparaten nemen gegevens * van * een computer of systeem en presenteren deze in een bruikbare vorm. Voorbeelden zijn monitoren, printers, sprekers.
Een inkjetprinter neemt gegevens van een computer (zoals een documentbestand) en drukt deze fysiek af op papier, waardoor het een uitvoerapparaat is. |