De meest gebruikte poorten om oudere printers op een computer aan te sluiten zijn:
1. Parallelle poort (IEEE-1284):
- Ook bekend als Centronics-poort of DB-25-connector.
- Een 25-pins interface die wordt gebruikt voor bidirectionele communicatie tussen een computer en een printer.
- Geïntroduceerd in de jaren tachtig en veel gebruikt in oudere computers en printers.
- Geschikt voor het verzenden van gegevens met snelheden tot 100 kilobits per seconde (Kbps).
2. Seriële poort (RS-232):
- Ook wel COM-poort of DB-9-connector genoemd.
- Een 9-pins of 25-pins interface die wordt gebruikt voor seriële communicatie tussen apparaten.
- Geïntroduceerd in de jaren zestig en vaak aangetroffen op oudere computers en printers.
- Ondersteunt datatransmissiesnelheden variërend van 110 bps tot 115.200 bps.
3. USB-poort (Universele Seriële Bus):
- Geïntroduceerd eind jaren negentig en geleidelijk vervangen van parallelle en seriële poorten.
- Een snelle interface waarmee meerdere apparaten tegelijkertijd op een computer kunnen worden aangesloten.
- Printers met USB-poorten zijn plug-and-play, waardoor er in de meeste gevallen geen driverinstallatie meer nodig is.
- USB 2.0 biedt gegevensoverdrachtsnelheden tot 480 Mbps, terwijl USB 3.0 snelheden tot 5 Gbps biedt.
Terwijl parallelle en seriële poorten verouderd raken, zijn USB-poorten alomtegenwoordig in moderne computers en hebben ze de voorkeur voor het aansluiten van printers en andere randapparatuur. |