Drie hulpprogramma's die informatie kunnen verschaffen over I/O-apparaten (en andere systeemcomponenten) zijn:
1. `lsblk` (Linux): Met deze opdracht worden blokapparaten weergegeven, inclusief harde schijven, SSD's, partities en andere opslagapparaten. Het toont hun grootte, type, koppelpunten (indien aanwezig) en andere relevante informatie in een hiërarchische boomstructuur, waardoor het gemakkelijk wordt om de opslagindeling te visualiseren. Het is vooral handig om te begrijpen hoe opslag is georganiseerd.
2. `dmidecode` (Linux, BSD, macOS): Dit hulpprogramma ontleedt de DMI-tabel (Desktop Management Interface), die een schat aan informatie over de hardware van het systeem bevat. Dit omvat details over de CPU, het geheugen, het BIOS, het basisbord (moederbord) en verschillende I/O-apparaten zoals netwerkkaarten, geluidskaarten en USB-controllers. Het biedt een uitgebreid overzicht van de systeemcomponenten die verder gaan dan alleen opslag.
3. `Systeeminformatie` (Windows): Hoewel het geen enkel opdrachtregelhulpprogramma is zoals de Linux-opties, biedt de ingebouwde "Systeeminformatie"-tool van Windows een GUI-gebaseerd overzicht van systeemhardware en -software. Het bevat details over de processor, het geheugen, de geïnstalleerde stuurprogramma's (die vaak rechtstreeks verband houden met I/O-apparaten) en diverse andere componenten. U kunt deze openen door te zoeken naar "Systeeminformatie" in het Startmenu. Het geeft een minder technische, gebruiksvriendelijkere presentatie dan de Linux-hulpprogramma's.
Deze tools bieden verschillende perspectieven op systeeminformatie. `lsblk` is gericht op blokapparaten, `dmidecode` biedt een zeer gedetailleerd hardwareoverzicht, en `Systeeminformatie` biedt een gebruiksvriendelijkere samenvatting van hardware en software. De beste keuze hangt af van de specifieke benodigde informatie en het gebruikte besturingssysteem. |