De computer wordt gekenmerkt als verbonden met een lokaal netwerk (LAN).
Een LAN is een computernetwerk dat computers en andere apparaten binnen een beperkt gebied, zoals een huis, kantoor of school, met elkaar verbindt. Hiermee kunnen apparaten bronnen delen en met elkaar communiceren. LAN's worden doorgaans gemaakt met behulp van Ethernet-kabels of Wi-Fi.
In de afbeelding is de computer via een Ethernet-kabel op het LAN aangesloten. De Ethernet-kabel wordt aangesloten op de Ethernet-poort van de computer, die zich meestal aan de achterkant van de computer bevindt. Het andere uiteinde van de Ethernet-kabel wordt aangesloten op een switch of router, een apparaat dat meerdere apparaten op het LAN aansluit.
Zodra de computer op het LAN is aangesloten, kan deze communiceren met andere apparaten in het netwerk, zoals printers, scanners en andere computers. |