Als een computer alleen RAM zou hebben en geen secundaire opslag (zoals een harde schijf, SSD of zelfs flashgeheugen), zou deze ongelooflijk beperkt en in wezen nutteloos zijn voor alles wat verder gaat dan de meest triviale taken. Dit is waarom:
* Geen persistentie: RAM is vluchtig geheugen. Dit betekent dat wanneer de computer stroom verliest, alles wat in het RAM-geheugen is opgeslagen, verloren gaat. Alle gegevens, programma's of informatie over het besturingssysteem zouden verdwijnen. Elke keer dat de computer wordt aangezet, start hij op met een volledig blanco blad.
* Extreem beperkte capaciteit: Hoewel de RAM-capaciteit aanzienlijk is toegenomen, is deze nog steeds veel kleiner dan die van typische secundaire opslagapparaten. U zou geen substantieel programma kunnen uitvoeren of een aanzienlijke hoeveelheid gegevens kunnen opslaan. Zelfs een eenvoudig besturingssysteem zou waarschijnlijk te groot zijn om er in te passen.
* Onvermogen om programma's te laden: Het besturingssysteem en eventuele applicaties moeten zich in het RAM-geheugen bevinden om te kunnen werken. Zonder secundaire opslag waaruit ze kunnen worden geladen, zou er niets anders kunnen worden uitgevoerd dan een zeer minimaal, ingebouwd opstart-ROM-programma (dat op zichzelf misschien te groot is).
* Geen gegevensopslag: U kunt geen bestanden, documenten of andere soorten gegevens opslaan. Alles waar u aan werkte, zou bij stroomuitval onmiddellijk verloren gaan.
In wezen zou zo'n computer een zeer dure, uiterst beperkte rekenmachine zijn die alleen de eenvoudigste bewerkingen kan uitvoeren onmiddellijk na het opstarten en alleen zolang de stroom ingeschakeld blijft. Het zou praktisch onbruikbaar zijn voor echte toepassingen. |