Hoewel de *instructies* van het programma in eerste instantie worden geladen vanaf de harde schijf (HDD) of solid-state drive (SSD), worden ze opgeslagen in geheugen (RAM) terwijl het programma draait. De CPU haalt instructies op van het RAM en voert deze uit, niet rechtstreeks van de harde schijf. De harde schijf bevat het programmabestand als een permanente opslag, maar RAM biedt de veel snellere toegang die nodig is voor uitvoering. |