Het deel van een harde schijf die het snelst voorbij de lees- en schrijfhoofden verplaatst, is het innamest spoor .
Dit is waarom:
* rotatie: Harde schijven draaien met een constante snelheid. Dit betekent dat alle punten op de schijf roteren met dezelfde hoeksnelheid.
* Lineaire snelheid: Terwijl de hoeksnelheid constant is, varieert de lineaire snelheid (de snelheid waarmee een punt op de schijf langs de lees-/schrijfkoppen beweegt) varieert met de straal van het spoor.
* binnen versus buitenste tracks: Het binnenste spoor heeft de kleinste straal, wat resulteert in de hoogste lineaire snelheid. Buitenste sporen hebben grotere stralen en dus lagere lineaire snelheden.
Waarom dit wenselijk is voor veelgebruikte bestanden:
* snellere toegang: Hoe sneller de gegevens langs de lees-/schrijfkoppen spinnen, hoe sneller de gegevens toegankelijk zijn.
* prestaties: Het plaatsen van vaak toegankelijke bestanden op de binnenste tracks kan de algehele systeemprestaties aanzienlijk verbeteren.
Opmerking: Moderne harde schijven gebruiken technieken zoals Zone Bit Recording (ZBR) om gegevensopslag te optimaliseren. In ZBR slaan de buitenste tracks meer gegevens op per eenheid ruimte dan innerlijke sporen en profiteren van de lagere lineaire snelheid. Het concept van de binnenkant met de snelste lineaire snelheid blijft echter relevant voor het snel toegang tot bestanden. |