Permanente schijfopslag, ook bekend als niet-vluchtige opslag , verwijst naar elk opslagmedium dat gegevens bewaart, zelfs wanneer de stroom wordt uitgeschakeld. Dit is in tegenstelling tot vluchtige opslag , zoals RAM, die zijn gegevens verliest wanneer de stroom wordt verwijderd.
Hier is een uitsplitsing:
Permanente schijfopslag:
* kenmerken:
* Gegevens blijven bestaan, zelfs nadat de macht is uitgeschakeld.
* Meestal gebruikt voor gegevensopslag op lange termijn.
* Lagere toegangssnelheden in vergelijking met vluchtige opslag.
* Heeft meestal een grotere opslagcapaciteit dan vluchtige opslag.
* Voorbeelden:
* harde schijfaandrijvingen (HDDS): Magnetische schijven bewaren gegevens in sectoren.
* Solid-State Drives (SSDS): Gebruik flashgeheugen om gegevens elektronisch op te slaan.
* Optische schijven: Net als cd's, dvd's en blu-ray-schijven, gebruik lasers om gegevens over een schijf te lezen en te schrijven.
* magnetische tape: Een lange strook magnetische tape die wordt gebruikt voor het opslaan van grote hoeveelheden gegevens.
Vluchtige opslag:
* kenmerken:
* Gegevens gaan verloren wanneer de stroom wordt uitgeschakeld.
* Gebruikt voor tijdelijke opslag en actieve gegevensverwerking.
* Veel hogere toegangssnelheden in vergelijking met permanente opslag.
* Heeft meestal een kleinere opslagcapaciteit dan permanente opslag.
* Voorbeelden:
* Random Access Memory (RAM): Primaire opslag gebruikt voor actieve gegevens en programma's.
* Cache -geheugen: Een klein, snel geheugen dat wordt gebruikt om vaak toegewijde gegevens op te slaan.
Belangrijkste verschillen:
* Persistentie van gegevens: Permanente opslag bewaart gegevens zelfs zonder stroom, terwijl vluchtige opslag gegevens verliest wanneer het vermogen is uitgeschakeld.
* Toegangssnelheid: Vluchtige opslag is veel sneller dan permanente opslag.
* opslagcapaciteit: Permanente opslag heeft meestal een grotere opslagcapaciteit dan vluchtige opslag.
* kosten: Permanente opslag is meestal duurder dan vluchtige opslag per opslageenheid.
In wezen fungeert permanente schijfopslag als het "langetermijngeheugen" van een computersysteem, met belangrijke bestanden, applicaties en besturingssystemen. Terwijl vluchtige opslag dient als het "kortetermijngeheugen" voor actieve gegevensverwerking. |