Een slavendrijf of slavenaanval was een militaire praktijk die van oudsher in veel delen van de wereld werd toegepast om slaven te verkrijgen. Het onderscheidt zich van gewone militaire campagnes door de primaire focus op het nemen van menselijke gevangenen in plaats van het verwerven van grondgebied of hulpbronnen.
In Afrika werd het toegepast om slaven te verkrijgen die via trans-Sahara slavenroutes aan de Arabisch/Islamitische wereld verkocht konden worden; in Europa om slaven in heidense landen te verkrijgen om als slaven te verkopen; door Portugezen, Nederlanders en andere slavenhandelaren om slaven uit Afrika naar verschillende koloniën in de Nieuwe Wereld te verkrijgen en te vervoeren; door christelijke naties aan de Barbarijse kust om gevangenen te veroveren voor galeislavernij; en door de Ottomaanse Turken om een bron van janitsaren en vrouwen voor hun harems te verkrijgen.
Het overvallen van slaven was een gangbare praktijk in verschillende Afrikaanse koninkrijken en volkeren, waaronder het Dahomey-, Akan-, Oyo- en het Zoeloe-koninkrijk, evenals bij Arabische volkeren zoals Zanj, het Zanzibar-sultanaat en verschillende Omaanse Arabische sjeikdoms. |