1) Harde schijf (HDD): De harde schijf is het opslagmedium in een harde schijfsysteem en is de plek waar gegevens worden vastgelegd. Het bestaat uit een magnetische schijf of meerdere magnetische schijven bedekt met magnetisch materiaal, en een of meer lees-/schrijfkoppen die gegevens opnemen op en lezen van de magnetische schijven.

2) Schijfcontroller: De schijfcontroller is het elektronische apparaat dat de gegevensoverdracht tussen de computer en de harde schijf beheert. Het bestuurt de lees-/schrijfbewerkingen, bepaalt de snelheid van de gegevensoverdracht en beheert het cachingsysteem.

3) Drive-interface: De drive-interface verbindt de harde schijf met het moederbord van de computer. De meest voorkomende schijfinterfaces zijn Serial Advanced Technology Attachment (SATA) en Parallel Advanced Technology Attachment (PATA).