Dit is waarom:

* IDE (geïntegreerde aandrijfelektronica): IDE-schijven gebruiken een enkele interface om meerdere apparaten aan te sluiten, meestal een harde schijf en een CD-ROM-station.

* master/slave: Deze instelling werd gebruikt op oudere IDE -systemen om de primaire (master) en secundaire (slave) apparaten te bepalen die zijn aangesloten op hetzelfde IDE -kanaal. Moderne IDE CD-ROM-schijven zijn echter meestal single-device , wat betekent dat ze geen master/slave -opties hebben. Ze zijn ontworpen om het enige apparaat op het kanaal te zijn.

In plaats van Master/Slave, kunnen moderne CD-ROM-drives andere instellingen hebben:

* kabel Select (CS): Met deze instelling kan de station de configuratie automatisch bepalen op basis van de andere apparaten op het kanaal.

* single (of geen): Deze instelling geeft aan dat de schijf het enige apparaat op het kanaal is.

Belangrijke opmerking: Hoewel Master/Slave zelden wordt gebruikt op moderne schijven, kun je het nog steeds tegenkomen op oudere IDE -apparaten.