Methode 1:sneltoetsen gebruiken
1. Maak een screenshot: Druk op Command (⌘) + Verschuiven (⇧) + 3 .
2. Snijd de schermafbeelding bij: Druk onmiddellijk na het maken van de schermafbeelding op Spatie . Hierdoor wordt de Bijsnijden-modus ingeschakeld.
3. Het formaat van het bijsnijdvak wijzigen en verplaatsen: Gebruik de muis of het trackpad om de randen en hoeken van het bijsnijdvak te slepen om het formaat te wijzigen en te verplaatsen.
4. Sla de bijgesneden afbeelding op: Als u tevreden bent met de uitsnede, drukt u op Return of klik op Gereed in de werkbalk om het bijgesneden gedeelte op te slaan als een nieuw screenshotbestand op uw bureaublad.
Methode 2:de werkbalk van de Screenshot-app gebruiken
1. Maak een screenshot: Druk op Command (⌘) + Verschuiven (⇧) + 3 of gebruik een van de andere sneltoetsen voor schermafbeeldingen.
2. Toegang tot de schermafbeelding: Open de schermafbeelding door op de miniatuur te klikken die in de hoek van uw scherm verschijnt of door naar de map Schermafbeeldingen in uw Finder te gaan.
3. Open de Markup Tools: Klik op Bewerken knop in de rechterbovenhoek, of gebruik de sneltoets Command (⌘) + A . Hierdoor wordt de werkbalk Markup Tools geopend, inclusief een bijsnijdgereedschap.
4. Snijd de schermafbeelding bij: Klik op Bijsnijden gereedschap (rechthoekig pictogram met twee diagonale lijnen) op de werkbalk Markeringshulpmiddelen.
5. Het formaat van het bijsnijdvak wijzigen en verplaatsen: Versleep de randen en hoeken van het bijsnijdvak om het formaat te wijzigen en te verplaatsen.
6. Pas de uitsnede toe: Klik op Gereed in de werkbalk om de uitsnede toe te passen.
7. Sla de bijgesneden afbeelding op: De bijgesneden schermafbeelding wordt automatisch over het originele bestand heen opgeslagen.
Aanvullende tip:handmatig opslaan
Als u de bijgesneden schermafbeelding liever niet automatisch opslaat, kunt u op Exporteren klikken in de Markup Tools-werkbalk en kies een opslaglocatie en -indeling voordat u de bijgesneden afbeelding opslaat. |