U kunt een tekstbestand niet direct converteren naar een DLL -bestand.
Dit is waarom:
* tekstbestanden Gegevens op het gebied van platte tekst opslaan. Ze zijn door een computer leesbaar en niet uitvoerbaar door een computer.
* DLL -bestanden (Dynamic Link Libraries) Bevat gecompileerde code in een specifiek formaat dat het besturingssysteem kan begrijpen en uitvoeren.
Om een DLL -bestand te maken, moet u deze stappen volgen:
1. Schrijf code in een programmeertaal: Kies een taal die geschikt is voor uw behoeften, zoals C ++, C#of Python.
2. Code compileren: Gebruik een compiler om uw code om te zetten in machine-leesbare instructies.
3. Een DLL -project maken: De meeste programmeeromgevingen hebben een projecttype specifiek voor het maken van DLL's.
4. Bouw het project: De compiler en linker combineren uw gecompileerde code in een DLL -bestand.
Voorbeeld:
Stel dat u een C ++ -functie heeft geschreven in een `.cpp` -bestand dat u als DLL beschikbaar wilt stellen:
`` `CPP
// myFunction.CPP
int add (int a, int b) {
retourneer A + B;
}
`` `
Om een DLL uit deze functie te maken:
1. Maak een nieuw DLL -project in uw IDE.
2. Voeg het bestand `.cpp` toe aan het project.
3. Bouw het project.
Dit proces genereert een `.dll` -bestand dat de gecompileerde 'add' -functie bevat. U kunt deze DLL vervolgens gebruiken in andere programma's die deze functie moeten aanroepen.
Belangrijke opmerking: U moet begrijpen hoe u functies kunt exporteren vanuit uw DLL -code zodat deze toegankelijk zijn vanuit andere programma's. Dit omvat het gebruik van specifieke zoekwoorden en syntaxis, afhankelijk van de programmeertaal die u gebruikt. |