Wanneer een computervirus wordt gedetecteerd en verwijderd door antivirussoftware zoals avast, kan het naar verschillende locaties gaan, afhankelijk van hoe quarantaine is ingesteld en geconfigureerd:
1. Viruskluis: Dit is een veilige en geïsoleerde omgeving binnen de antivirussoftware waar gedetecteerde virussen worden opgeslagen. De viruskluis voorkomt dat dergelijke bestanden worden uitgevoerd of verdere schade aan het systeem veroorzaken.
2. Back-upopslag: Sommige antivirusprogramma's kunnen ook back-ups maken van gedetecteerde virusbestanden in een aparte map of locatie. Deze back-up kan nuttig zijn voor verdere analyse of herstel als er sprake is van valse positieven.
3. Verwijderd: In sommige gevallen kan de antivirus de gedetecteerde virusbestanden volledig verwijderen als deze van oordeel is dat deze zeer gevaarlijk zijn of niet kunnen worden gedesinfecteerd.
4. Systeembestanden: Als het virus is ingebed in systeemkritische bestanden, kan het antivirusprogramma het mogelijk niet volledig verwijderen om systeeminstabiliteit te voorkomen. In plaats daarvan kan het deze systeembestanden repareren of in quarantaine plaatsen.
5. Externe opslag: Als er een virus op een verwisselbare schijf of extern apparaat wordt gevonden, kan de antivirus de geïnfecteerde bestanden van die bron naar een insluitingszone op dat specifieke opslagapparaat verplaatsen.
Het is vermeldenswaard dat de exacte procedures voor het beheren van gedetecteerde virusbestanden per antivirusprogramma kunnen verschillen. Het is dus altijd het beste om de documentatie of gebruikershandleiding van uw specifieke software te raadplegen om precies te begrijpen waar gedesinfecteerde of verwijderde bestanden kunnen worden opgeslagen. |