Google Zoeken ondersteunt verschillende speciale symbolen en snelkoppelingen om uw zoekopdrachten te verfijnen en te verbeteren. Hier is een handleiding over hoe u ze kunt gebruiken:
1. Aanhalingstekens (“”):
- Gebruik aanhalingstekens om naar een exacte zin of reeks woorden te zoeken. Dit zorgt ervoor dat de resultaten die specifieke zin bevatten.
- Voorbeeld:"beste wandelroutes in Californië"
2. Plusteken (+):
- Door een plusteken (+) vóór een woord toe te voegen, kunt u die term opnemen in uw zoekresultaten.
- Voorbeeld:Java-programmeren +tutorial
3. Minusteken (-):
- Gebruik het minteken (-) vóór een woord om specifieke termen of woorden uit te sluiten van de zoekresultaten.
- Voorbeeld:katten -grappig
4. Asterisk (*):
- Het sterretje (*) kan worden gebruikt als jokerteken om elk woord of elke lettertekens te matchen. Het is vooral handig voor gedeeltelijke of geschatte zoekopdrachten.
- Voorbeeld:smartphone *recensie*
5. Tilde (~):
- Door een tilde (~) vóór een woord toe te voegen, kunt u synoniemen en verwante woorden vinden.
- Voorbeeld:~pizza
6. OF-operator:
- Met de OR-operator (OR of |) kunt u tegelijkertijd naar meerdere termen of synoniemen zoeken. De resultaten omvatten pagina's die een van deze termen bevatten.
- Voorbeeld:computer OF laptop | bureaublad
7. AND-operator:
- De AND-operator (+) is handig als u resultaten wilt die alle opgegeven termen bevatten.
- Voorbeeld:chocolade EN ijs +recept
8. Haakjes (()):
- Gebruik haakjes om complexere zoekopdrachten te maken door gerelateerde termen te groeperen.
- Voorbeeld:(iPhone OF Android) EN laatste nieuws
9. Bestandstypeoperator (bestandstypen):
- Met de bestandstype-operator kunt u naar specifieke bestandsformaten zoeken.
- Voorbeeld:CV-bestandstype:PDF
10. AROUND-operator (~):
- De AROUND-operator (~) helpt u zinnen te vinden waarin twee termen voorkomen binnen een bepaald aantal woorden.
- Voorbeeld:"Mark Twain" ~10 avontuur
11. Definieer:
- Gebruik “define:” om de definitie van een woord of term te achterhalen.
- Voorbeeld:definieer:fotosynthese
12. Cache:
- Gebruik "cache:" om een in de cache opgeslagen kopie van een webpagina te bekijken, zelfs als deze tijdelijk niet beschikbaar is.
- Voorbeeld:cache:www.voorbeeld.com
13. Gerelateerd:
- Gebruik 'gerelateerd:' om websites te vinden die lijken op een opgegeven URL.
- Voorbeeld:gerelateerd:www.google.com
14. Intekst:
- Gebruik “intext:” om naar specifieke tekst binnen de inhoud van een webpagina te zoeken.
- Voorbeeld:intext:“klimaatverandering”
15. Afbeeldingen:
- Gebruik “afbeeldingen:” om afbeeldingen te vinden die verband houden met uw zoekopdracht.
- Voorbeeld:afbeeldingen:katten
Zorg ervoor dat u uw symbolen en termen op de juiste manier plaatst, en vergeet niet na elke zoekopdracht op Enter te drukken. Deze symbolen en snelkoppelingen kunnen de nauwkeurigheid en efficiëntie van uw Google-zoekopdrachten aanzienlijk verbeteren. |