1. Selecteer de cel of het celbereik dat de formule bevat.
2. Klik in de formulebalk op de knop "Blad beveiligen" .
3. Vink in het dialoogvenster "Blad beveiligen" het selectievakje "Beveiligde bereiken" aan.
4. Voer in het tekstvak "Bereik" de cel of het celbereik in dat u wilt beveiligen.
5. Schakel in het gedeelte 'Beveiligingen' het selectievakje 'Bewerken van bereiken toestaan' in en selecteer vervolgens 'Specifiek bereik' in het vervolgkeuzemenu.
6. Voer in het tekstvak "Bereik" de cel of het celbereik in waarvan u bewerking wilt toestaan.
7. Klik op de knop "Ok" om het blad te beveiligen. |