Toen Richard Stallman verklaarde dat GNU een vrij besturingssysteem was, bedoelde hij dat het gratis was zoals in vrijheid, en niet gratis zoals in bier. Dit betekent dat gebruikers de vrijheid hadden om de software zonder enige beperking uit te voeren, te kopiëren, te distribueren, te bestuderen, aan te passen en te verbeteren. Dit is in tegenstelling tot propriëtaire software, die de vrijheid van gebruikers om deze dingen te doen beperkt.
Stallman richtte in 1983 het GNU-project op met als doel een volledig gratis besturingssysteem te creëren. Hij was van mening dat software gratis moet zijn, zodat gebruikers controle kunnen hebben over hun eigen computers en de software kunnen aanpassen aan hun eigen behoeften. Hij geloofde ook dat vrije software een gemeenschap van samenwerking en innovatie zou bevorderen, wat zou leiden tot betere software.
Het GNU-project is succesvol geweest in het creëren van een aantal vrije softwarecomponenten, waaronder de GNU Compiler Collection (GCC), de GNU C Library (glibc) en de GNU Emacs-teksteditor. Het project heeft zijn doel om een compleet gratis besturingssysteem te creëren echter nog niet bereikt. Dit komt omdat sommige essentiële systeemcomponenten, zoals de kernel, nog steeds niet gratis zijn.
Desondanks heeft het GNU-project een aanzienlijke impact gehad op de softwarewereld. Het heeft geholpen het bewustzijn van het belang van vrije software te vergroten en heeft geleid tot de ontwikkeling van vele andere vrije softwareprojecten. Het GNU-project heeft het voor veel mensen ook mogelijk gemaakt om computers te gebruiken zonder dat ze propriëtaire software hoeven aan te schaffen. |