| De startknop van de computer (of het equivalent daarvan, zoals het Apple-menu) dient als centraal toegangspunt tot een verscheidenheid aan systeemfuncties en toepassingen. Het gebruik ervan valt grofweg in deze categorieën: 
  
 * Toegang tot programma's en apps: Het meest voorkomende gebruik is het starten van applicaties die op de computer zijn geïnstalleerd. Vaak gebeurt dit via een lijst met veelgebruikte programma's of via een zoekfunctie binnen het startmenu.  
  
 * Toegang tot systeeminstellingen: De startknop biedt snelle toegang tot systeeminstellingen, het configuratiescherm en andere configuratieopties om de manier waarop uw computer werkt te wijzigen. Dit omvat het beheren van accounts, netwerkverbindingen, energiebeheeropties en meer.  
  
 * De computer afsluiten of opnieuw opstarten: Een cruciale functie is de mogelijkheid om de computer veilig af te sluiten, opnieuw op te starten of in de sluimerstand te zetten vanuit het startmenu.  
  
 * Zoeken op de computer: Veel moderne startmenu's bevatten een zoekbalk waarmee u snel bestanden, mappen, toepassingen en zelfs instellingen binnen het besturingssysteem kunt vinden.  
  
 * Toegang tot gebruikersaccounts: Het beheren van gebruikersprofielen en het schakelen tussen accounts is vaak toegankelijk via het startmenu.  
  
 * Toegang tot systeeminformatie: Afhankelijk van het besturingssysteem biedt het startmenu mogelijk snelle toegang tot informatie over de hardware en software van de computer.  
  
 * Aangesloten apparaten beheren: Het startmenu kan aangesloten apparaten, zoals printers, externe schijven of Bluetooth-randapparatuur, weergeven en beheren.  
  
 Kortom, de startknop fungeert als een gecentraliseerde controlehub voor interactie met en beheer van het besturingssysteem en zijn applicaties. |