Het bijwerken van apparaatstuurprogramma’s is van cruciaal belang voor het garanderen van optimale prestaties, stabiliteit en compatibiliteit van uw Windows 11-systeem met verschillende hardwarecomponenten. Hier zijn de stappen om apparaatstuurprogramma's bij te werken:
1. Open Apparaatbeheer:
- Druk op Windows-toets + X om het Power User-menu te openen.
- Selecteer Apparaatbeheer uit de lijst.
2. Identificeer verouderde stuurprogramma's:
- Zoek in Apparaatbeheer naar apparaten met gele uitroeptekens ernaast. Deze duiden op mogelijk verouderde of slecht functionerende stuurprogramma's.
3. Update via contextmenu:
- Klik met de rechtermuisknop op het apparaat met het verouderde stuurprogramma en kies Stuurprogramma bijwerken.
4. Selecteer Automatisch zoeken:
- Selecteer in het venster 'Stuurprogramma's bijwerken' Automatisch zoeken naar stuurprogramma's. Hierdoor wordt Windows gevraagd uw computer en internet te scannen op de nieuwste beschikbare driver.
5. Installeer het nieuwste stuurprogramma:
- Als er een nieuwere driver wordt gevonden, zal Windows deze automatisch downloaden en installeren.
6. Computer opnieuw opstarten:
- Zodra de installatie van het stuurprogramma is voltooid, start u uw computer opnieuw op om de wijzigingen volledig toe te passen.
7. Handmatig stuurprogramma downloaden (optioneel):
- Als de automatische update geen geschikt stuurprogramma vindt, kunt u handmatig het nieuwste stuurprogramma zoeken en downloaden van de website van de fabrikant van het apparaat. Zorg ervoor dat u het stuurprogramma downloadt dat compatibel is met uw specifieke Windows 11-versie en hardwaremodel.
8. Installeer het gedownloade stuurprogramma:
- Nadat u het stuurprogramma heeft gedownload, dubbelklikt u op het installatiebestand en volgt u de instructies op het scherm om de installatie te voltooien.
9. Controleer de apparaatstatus:
- Nadat de installatie van het stuurprogramma is voltooid, keert u terug naar Apparaatbeheer. Het gele uitroepteken zou verdwenen moeten zijn, wat aangeeft dat het apparaat correct werkt met het bijgewerkte stuurprogramma.
10. Herhaal voor andere apparaten:
- Herhaal de bovenstaande stappen voor alle andere apparaten met verouderde stuurprogramma's.
Houd er rekening mee dat het updaten van stuurprogramma's soms nieuwe problemen met zich mee kan brengen. Als u problemen ondervindt na het updaten van een stuurprogramma, kunt u overwegen terug te gaan naar de vorige versie van het stuurprogramma. Het wordt aanbevolen om uw stuurprogramma's regelmatig bij te werken, maar het uitvoeren van grondige controles voordat u de update uitvoert, is essentieel om een soepel en probleemloos systeem te garanderen. |